Voorzorgsmaatregelen voor het gebruik

(met gebruikmaking van de achterklep)

Controleer de objecten en/of accessoires (fietsdragers, dakkoffers enzovoort) op de dakdragers, voordat u de achterklep gebruikt: deze moeten op de juiste wijze zijn geplaatst en vastgemaakt en mogen de beweging van de achterklep niet hinderen.

tip

Zorg ervoor dat de getransporteerd voorwerpen gelijkmatig worden verdeeld over de laadruimte voor de uitrusting.

warning

Bij het bevestigen van dragende uitrusting (fietsendrager, bagagebox enz.) is het verboden om deze tegen de spoiler of de achterklep te laten rusten. Om een drager te installeren op uw auto, neemt u contact op met een merkdealer.

Draaguitrusting op het dak

warning

Het is verboden om enige draagvoorziening op het dak te bevestigen van voertuigen die niet oorspronkelijk zijn uitgerust met longitudinale dakdragers.

tip

Raadpleeg uw erkende dealer voor het kiezen van de uitrusting die aangepast is aan uw auto. Montage moet gebeuren volgens de montagevoorschriften van de fabrikant.

Bewaar dit montagevoorschrift bij dit instructieboekje.

Auto's met modulaire dakdragers

13009_P1310_003_1_image.jpeg

Als het voertuig ermee is uitgerust, kunt u met dit apparaat de dakdragers in lengterichting of dwarsstand plaatsen (draagpositie) of de longitudinale positie (standaardpositie).

Maximale belasting op dakdragers: 80 kg (met inbegrip van de dragende uitrusting).

Om de stangen dwars te plaatsen

  • maak de draaikappen 1 los en zet ze verticaal (beweging A);
  • draai de bouten 2 los met behulp van de momentsleutel 6 in het dashboardkastje;

13009_P1310_011_1_image.jpeg

  • Til de staven op 3 en 4 en plaats ze in dwarspositie 5. U doet dit door de drager 3 (beweging B) in de voorste stand en de drager 4 (beweging C) in de achterste stand te zetten.

Opmerking: zorg ervoor dat dragers 3 en 4 correct zijn geplaatst.

  • gebruik het gereedschap 6 om de bouten 2 vast te draaien: de markeringen D en E op het gereedschap geven de verschuiving aan (markering 7);

13009_P1310_007_1_image.jpeg

  • haal de bouten 2 zover mogelijk aan met behulp van het gereedschap 6 totdat de markeringen D en E op het gereedschap 6 samenvallen (markering 8);
  • klik de draaikappen 1 weer vast.

Opmerking: dragers 3 en 4 zijn niet onderling uitwisselbaar.

warning

Het is streng verboden de dakdragers dwars te hebben staan (stand voor het dragen) wanneer de auto door een wasstraat gaat met draaiende borstels.

warning

Dakdragers in de dwarsstand

  • De maximale snelheid moet worden beperkt tot 130 km/u.
  • Controleer tijdens de rit de installatie en draai de bouten ongeveer elke 500 km aan.
tip

Wanneer u de dragers niet in dwarsgeplaatst gebruikt, plaatst u de dragers in de lengterichting om het brandstofverbruik te optimaliseren en rijwind te voorkomen.

Om de dragers overlangs te plaatsen:

  • maak de draaikappen 1 los en zet ze verticaal (beweging F);
  • draai de bouten 2 los met behulp van de momentsleutel 6 in het dashboardkastje;
  • zet de dragers 3 en 4 hoger en plaats deze overlangs 9. Zet hiervoor de drager 3 (beweging G) en drager 4 (beweging H) in de lengterichting.

  • haal de bouten 2 zover mogelijk aan met behulp van een momentsleutel 6 totdat de markering D en E op het gereedschap 6 samenvallen (markering 8);

Opmerking: zorg ervoor dat dragers 3 en 4 correct zijn geplaatst.

  • klik de draaikappen 1 weer vast.

Opmerking: dragers 3 en 4 zijn niet onderling uitwisselbaar.

warning

Controleer of de twee modulaire dakdragers correct zijn geplaatst en vergrendeld zijn.

warning

De modulaire dakdragers zijn oorspronkelijk gemonteerd en goedgekeurd door onze Technische afdeling.

Ze zijn allebei voorzien van de bouten 2 en het gereedschap 6. Deze mogen alleen worden gebruikt om de dakdragers aan de auto te bevestigen.

Controleer regelmatig de staat van de modulaire dakdragers (correcte plaatsing, bevestigingspunten, bouten, enz.).

Gebruik ze niet als ze beschadigd zijn. Ga naar een erkende dealer.

Neem in geval van verlies contact op met een erkende dealer.

warning

Controleer of de objecten en/of accessoires (fietsenrek, dakkoffer enz.) op de modulaire dakdragers correct zijn gepositioneerd, gelijkmatig zijn verdeeld en geborgd zijn.

Auto's met dakdragers

Indien de auto ermee is uitgerust kunt u bagage of extra uitrusting (fietsdrager, skidrager enz.) vervoeren:

  • op dwarsdakdragers die op hun beurt aan de langsdakdragers moeten worden bevestigd 10;
  • rechtstreeks op de overlangse dakdragers.

Maximale belasting op dakdragers: 80 kg (met inbegrip van de dragende uitrusting).

Spoiler F

Het is verboden voorwerpen en/of accessoires (fietsenrekken e.d.) aan de spoiler F te bevestigen.